6 Hindeloopen – Allingawier

6 Hindeloopen – Allingawier

22 augustus 2021

Dit is het zesde verhaal over het Elfstedenpad voor wandelliefhebbers.

Na een nachtje doorgebracht te hebben in de Stadsboerderij, waarbij we aan het begin van de benauwde nacht behoorlijke geplaagd werden door de Steekmuggen die wij in de Stellingwerven ‘nevies’ noemen en door groepjes jongelui die luid pratend over straat liepen, mogen we de volgende morgen om acht uur aanschuiven voor een meer dan voortreffelijk ontbijt. Dat valt er wel in en om goed half negen neem ik afscheid van Saakje die mij bij de voordeur van het gastenverblijf uitzwaait. Ik zit direct op de route en het duurt dan ook niet lang of ik laat na de oversteek van de Oude Oostervaart (Aesterfaart) het dorp achter me. Voor me loopt een jongeman met een enorme grote rolkoffer met daarop nog een skateboard. Het duurt niet lang of hij moet even uitrusten en zet de rolkoffer aan de kant. Hij heeft het zweet al op z’n voorhoofd en is duidelijk op weg naar het piepkleine stationnetje van Hindeloopen dat op zo’n 20 minuten lopen midden in de landerijen ligt. Ik loop hem vriendelijk groetend voorbij en hoor even later het rolkoffertje achter mij weer rammelen. Het stationnetje krijg ik niet te zien, want al voor dat ik daar ben, moet ik volgens de routebeschrijving linksaf en boven op een dijk weer rechtsaf. En weer opnieuw ga ik het gevecht aan met de schapenkeutels.

Ik ben al een paar kilometer van Hindeloopen verwijderd als ik de klok heel duidelijk negen uur hoor slaan en even later de bel die bij een spoorwegovergang staat. De geluiden klinken ver over het vlakke land en naast het geblaat van de schapen is het er heerlijk stil. Wat opvalt is dat de oudere schapen geen centimeter aan de kant gaan als ik er aan kom en dat jongere schapen duidelijk wat meer respect hebben voor een man van mijn leeftijd. Die springen in de benen en geven mij ruim baan. Na een bocht in de dijk loop ik langs Het Zool richting Workum. Op het water is het rustig en als ik een haven passeer zie ik daar letterlijk honderden boten liggen. Een oud spreekwoord schiet mij ogenblikkelijk te binnen: Het bezit van de zaak is het einde van het vermaak. Er ligt echt voor tig miljoenen aan boten in de haven te dobberen. Het mag duidelijk zijn, ik heb geen boot. Bij de sluis in Workum gaat de brug net omhoog en ik stuur even een appje naar mijn vrouw Saakje die mij in Workum staat op te wachten. We gaan daar even rustig koffiedrinken. Het duurt niet lang of ik zie ze al aankomen en samen lopen we naar het plein van Workum (de Merk). Daar gaan we zitten op een rustig terras dat open is. Een kleine misrekening, want nog geen minuut nadat wij er zijn gaan zitten worden er met rolkarretjes nieuwe voorraden gebracht, De karretjes worden pal naast onze zitplaatsen geparkeerd, zodat er van het rustige koffiedrinken niet veel terecht komt. Omdat ik nog een dikke stroopwafel bij me heb bestellen we alleen een kop koffie. Als ik afreken bij een overigens alleraardigste mevrouw rekent ze me voor dat de koffie 2.45 kost en ik dus 5.90 moet afrekenen. Kijk en dan levert de rekenvaardigheid die ik in vroegere jaren heb opgedaan bij de juffen en de meesters van de lagere school in Oldeberkoop toch nog z’n geld op, want ogenblikkelijk weet ik haar te corrigeren dat 2 x 2.45 toch echt 4.90 is en geen 5.90. Ze verontschuldigt zich met een sorry, sorry en om eerlijk te zijn heb ik niet de indruk dat dit een bewuste manier was om mij een poot uit te draaien. Dan had ze gewoon gezegd 5.90 en had ik het klakkeloos betaald, omdat ik echt niet gekeken had wat de koffie daar kost. Het is ook nog vroeg zullen we maar rekenen. Daarna lopen we met ons beiden nog een stuk door Workum, waarbij ik de fontein met de afschuwelijke leeuwen ook nog even op de foto zet. Ik blijf mij afvragen waarom er persé buitenlandse kunstenaar s voor aangetrokken moesten worden om de in mijn ogen lang niet altijd geslaagde fonteinen in de steden neer te zetten. Maar ik ben bang dat als ik er teveel over uitweid, ik het verwijt krijg dat ik geen verstand van kunst heb: een prachtig middel om iedereen die ergens kritiek op heeft de mond te snoeren. Dus laat ik het hier maar bij. Als we bij de plaats komen waar Saak haar roze autootje staat nemen we weer afscheid en vervolg ik mijn weg over de Noard, een werkelijk prachtige straat met niet al te veel dissonante nieuwbouw. Bij nummer 25 moet ik een steegje in staat op de beschrijving en na 27a zie ik een steegje . Een echtpaar staat ook met een Elfstedenboekje in de hand net als ik te twijfelen, want er is verder niets te zien. We besluiten na enig overleg dat we het steegje inlopen en vinden daar inderdaad nummer 25. Maar na een kleine twintig meter loopt het steegje dood en gaan we terug. Op dat moment horen we boven ons vanaf een plat dak iemand zeggen dat we niet bij deze nummer 25 de steeg in moeten maar bij de volgende nummer 25. Lekker handig, vooral omdat de routebeschrijving hier niet op inspeelt en volgens de man die ons toespreekt dit veel vaker gebeurt. En inderdaad vinden we al snel de bedoelde nummer 25 en het teken dat we daar rechtsaf moeten. Ik groet het echtpaar dat besluit om koffie te gaan drinken (we zijn vlakbij de Merk) en loop het nauwe steegje door. En wat is het dan aardig dat je vanaf een drukke winkelstraat na goed vijftig meter ineens midden in de landerijen staat. Een tegelspoor van wel een kilometer met diverse bruggetjes leidt mij weer naar een dijk en voor de tweede maal die dag mag ik de slalom weer oefenen. Op het trappetje raak ik even in gesprek met een paar dames die er ook tegenop zien om de strijd met de schapenkeutels aan te gaan. Als ik zeg dat de route over de dijk loopt zeggen ze dat dat er wel staat, maar dat je er ook langs kunt lopen. Daar hebben ze gelijk in, maar ik doe het niet en manmoedig slalom ik over de dijk richting Ferwoude. Wat opvalt is dat hoe noordelijker ik kom hoe minder rekening er gehouden wordt met de wandelaar. Tot Hindeloopen had je nog overstapjes. Daarna ontbrak bij een hekwerk de bovenste plank en hier mogen we klimmen. De tocht over de dijk is nog geen twee kilometer, maar ik moet zeggen dat ik toch met een zucht van verlichting uiteindelijk de dijk verlaat en door Ferwoude over straten en een fietspad mijn tocht naar Allingawier mag vervolgen. En om eerlijk te zijn is het ook wel een verademing om even geen IJsselmeer te zien. Stevig doorstappend bereik ik het punt dat ik mijn vrouw zal bellen, zodat ze me tegemoet kan lopen. Ze is me net voor en na een smal fietspad waarbij ik echt bijna de rietkraag in moet stappen om de tegemoetkomende fietsers vrij baan te geven, kom ik haar tegen en besluiten we bij een gemaaltje (daar staat een bankje) de in Workum gekochte koffiebroodjes te nuttigen. Het is benauwd en plakkerig weer en ik ben dan ook blij dat we nog maar twee kilometer naar Allingawier hoeven. Het roze autootje vaalt duidelijk op en niet veel later stap ik bij Saak in de auto. Volgende week geen etappe want ik mag een oogoperatie ondergaan en dan moet ik wel even kalmpjes aan doen. Kortom het kan even duren voor de zevende etappe op facebook verschijnt.

Geef gerust je reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.

Back to Top