6e etappe Van Foxel naar Grensweg bij het Bargerveen, 23 kilometer
15 – 9 – 2023 Om acht uur exact sta ik deze morgen al bij de brug over de Runde bij Foxel. Na een goede nacht op de prachtige camping Oosterbos bij Nieuw Dordrecht heeft Saak mij hier naar toegebracht en kan ik beginnen aan mijn tweede etappe van deze week.
Hoewel er een keurig fietspad aan de westkant van de beek De Runde loopt, moet ik volgens mijn boekje aan de oostkant langs over een niet al te best graspad. Nut en noodzaak ontgaan mij soms wel, omdat het in dit geval om een heel rustig fietspad gaat dat bijna precies dezelfde route volgt. Het gras is lang en vochtig door de dauw, zodat ik banjerend over het graspad en wat later over een betonpad naar…. het fietspad loop. Even later moet ik volgens mijn boekje met de bocht mee over het graspad langs de Willemsvaart lopen. (Waarom dit stukje tussen het Scholtenskanaal en het Verlengde Scholtenskanaal zo heet, heb ik niet kunnen vinden.) Ik heb geen zin in nog een graspad en besluit op de weg te lopen. Daar kom ik tijdens de kilometer die ik op deze weg loop welgeteld vier auto’s tegen. Eenmaal bij het dorp Klazienaveen-Noord steek ik het Scholtenskanaal over en moet ik alsnog over een graspad. Gelukkig is dit goed toegankelijk en ik heb dan ook het sterke vermoeden dat dit pad door de mensen van het dorp gebruikt wordt voor een ommetje. Bij de Verlengde Splitting laat ik het dorp al weer achter me en loop langs en door het Landgoed Scholtenszathe. Hierover staat in mijn wandelboekje het volgende geschreven: In 1874 kocht de Groningse industrieel Willm Albert Scholten het bijna 1000 hectare grote Smeulveen ten oosten van Emmen. Na de aanleg van het Scholtenskanaal (1902) werd het veen in rap tempo ontgonnen. Het dorp Klazienaveen werd in 1885 gesticht en vernoemd naar de vrouw van Scholten Klaassien Sluis. In Klazienaveen-Noord werd de Veenkerk door de familie Scholten gebouwd. Als zoon van een dominee zal hij ongetwijfeld godvruchtig zijn geweest. Een aanrader is een prachtig filmpje over hem dat op YouTube staat. Je kunt het heel snel vinden als je bij Google ‘Willem Albert Scholten’ intypt. Hij wordt gezien als ’s werelds eerste landbouw-industrieel en dat is vanzelf niet niks.
Na anderhalve kilometer over de Verlengde Splitting (ik zie vooral bos), loop ik maar liefst een vijftal kilometer door het Oosterbos dat aan de oostzijde grenst aan het Scholtenskanaal en aan de westzijde aan het oprukkende Emmen en het streekdorp Nieuw- Dordrecht: ‘Deze nederzetting is in 1856 gesticht op de zandtang ten oosten van het Oranjekanaal, in de venen die eigendom waren van de in Dordrecht gevestigde Drentsche Veen en Middenkanaal Maatschappij, die verantwoordelijk was voor de aanleg van het Oranjekanaal.’ Over het Oosterbos vond ik nog het volgende: Het bos oogt als een ongerept natuurgebied, maar de schijn bedriegt… Wat nu het Oosterbos is, was een eeuw geleden nog een kaal veenmoeras. Maatschappij Klazienaveen begon aanvankelijk enthousiast met de vervening, maar de onderneming werd één grote mislukking. Het kan verkeren.
Omdat ik Emmen niet echt aan doe zal ik daar nu niet over uitweiden. Dat heb ik al eens gedaan bij het Drenthepad. (Voor de liefhebbers: zie mijn website www.metkarstopstap.nl en zoek bij het Drenthepad etappe 11 op.)
Na het bos loop ik langs het Koning Willem Alexanderkanaal, dat ik bij een sluizencomplex (Koppelsluis staat er op Google Earth) oversteek. Een opmerkelijk kanaal omdat het pas in 2013 is gerealiseerd. Even een inkijkje in de voorgeschiedenis: Het gebied waar het dorp Nieuw-Dordrecht ligt is een uitloper van de Hondsrug, een zandrug tussen het Oosterveen en het Smeulveen die onderdeel was van de marke Noord- en Zuidbarge. In 1853 werden de veengebieden door de markegenoten verkocht aan de Drentsche Veen- en Midden-Kanaal-Maatschappij. Als voorwaarde bij de verkoop gold, dat de maatschappij een kanaal dwars door Drenthe zou graven, van Smilde naar de veengebieden van Noord- en Zuidbarge. Dit Oranjekanaal zou een zijtak krijgen die het Oosterveen met het Smeulveen verbond. De zijtak naar het Smeulveen is er nooit gekomen, omdat men daarvoor door de dikke keileemlaag van de hoger gelegen zandrug moest graven. Bovendien waren over een korte afstand vijf sluizen nodig geweest om het hoogteverschil te overbruggen en dat werd de maatschappij te kostbaar. Door de aanleg van het Koning Willem-Alexanderkanaal is de verbinding er uiteindelijk toch gekomen. Het kanaal is bedoeld om de recreatievaart te bevorderen.
Eenmaal over de sluis duurt het niet lang meer of ik ben weer bij het Scholtenskanaal dat ik deze keer met behulp van een voetveer mag oversteken. Je moet daarbij nog ouderwets aan een kabel hangen, maar dat is geen probleem. Het gaat lichter dan ik had verwacht.
Hierna kom ik door het bedrijventerrein (neem ik aan) van Klazienaveen, waar ik geconfronteerd word met een opstopping. Midden op de weg staat een heftruck die met zijn lading echt de hele weg barricadeert. Als ik vraag wat er aan de hand is , vertelt de man die er bij staat dat de accu leeg is. Duidelijk is dat ze hem niet van de weg af krijgen en dus keren een paar auto’s die er achter staan te wachten. Als wandelaar heb je daar geen last van en passeer is zonder enige moeite dit obstakel.
Na het bedrijventerrein kom ik bij een grote visvijver waar een mooi pad langs loopt. Als ik het eind van de visvijver bereikt he, maakt het Naoberpad een bocht naar rechts en loop ik langs de Verlengde Runde (al weet ik dat niet zeker). Het is een mooi pad dat uitkomt bij de snelweg de A37. Daar mag ik nog een poosje langs lopen voor het pad er onderdoor gaat en aan de andere kant door Landgoed Zwartemeer gaat. Het is een Sportlandgoed met een vijver en een golfterrein en last but not least een restaurant waar volgens de ronkende reclameslogan ‘Bijna alles mogelijk is.
Ík loop half om het landgoed heen en volg daarbij De Runde.
Maar even plotseling als je op het Landgoed komt, zo snel ben je er ook weer vanaf, want na een bocht naar links sta je zo voor de Verlengde Hoogeveense Vaart. Die steek ik bij een fiets- voetgangersbruggetje over waarna ik nog een drukke weg moet nemen voor ik ‘langs schakelkast pad (moet) volgen, water aan linkerhand’. Zo staat het letterlijk in mijn boekje. Maar als ik eenmaal bij de schakelkast ben blijken de pijlen van het Naoberpad mij zo te leiden dat ik het water aan de rechterhand heb. Ik vertrouw deze keer op de pijlen en dat blijkt de goede keuze te zijn. In ieder geval kijken ze in het dorp Zwartemeer, want daar bevind ik mij ondertussen, niet op een pijl meer of minder. Want als ik lopend op de Dorpshuiswijk rechtsaf langs een sloot moet, staat er zowel een pijl aan de rechterkant als aan de linkerkant van de sloot. Ik kies voor links. De pijl daar ziet er wat frisser uit dan die aan de rechterkant en bovendien loop je daar over een hagelnieuw fietspad. Daar geef ik de voorkeur aan. Wel loop je daar echt de rimboe in, want als ik na de Verlengde Meerwijk dwars door het Oosterveen moet, waan ik mij echt even van de wereld. Wel staan er hier en daar de contouren van een huisje met daarbij een informatiebord. Maar voor ik daar iets over vertel eerst nog even wat over de geschiedenis van het dorp Zwartemeer: Het dorp (1871 gesticht) is genoemd naar een bij het graven van de Verlengde Hoogeveense Vaart (1852) drooggelegd veenmeer, dat op zijn beurt is vernoemd naar de zwarte kleur van het veenwater: het Zwartemeer, oorspronkelijk meer dan 110 hectare groot. Het dorp telt een 3000 inwoners die vooral uit het katholieke Twente en Duitsland afkomstig zijn. Duidelijk.
Het eerste huisje waar ik tegen aan loop heeft de Latijnse naam Modo Udum Modo Sudum, wat Latijns is voor ‘dan weer droog en dan weer nat’. Het boerderijtje is hier gesticht door Pastoor Heeres die dat betaalde uit een nalatenschap die aan de kerk was geschonken. De boerderij werd daarna verhuurd en op het land werd vooral Boekweit verbouwd. Het boerderijtje wat er nu staat is een open gewerkt exemplaar waarin een trap is gemonteerd waardoor je het Oosterveen van bovenaf kunt bekijken. Onderweg door het veen kom ik nog twee informatiebordjes en de contouren van een huisje tegen. In het hele Bargerveen stonden er misschien wel een paar honderd. In ieder geval is het water er niet helemaal verdwenen want er liggen sowieso nog twee forse poelen in het Oosterveen en ook in het Bargerveen is het nu weer allemaal water. Het is het grootste restant van het Bourtangermoeras waarin gedeeltes aan de turfwinning zijn ontsnapt. Men probeert nu van het 2000 hectare grote natuurreservaat weer een levend hoogveengebied te maken. De tocht door het Oosterveen verloopt zonder problemen, omdat het er ondanks de regen van de laatste dagen droog genoeg is om te wandelen. Ik heb dus geen gebruik hoeven te maken van de alternatieve route.
Om het zicht op het natuurgebied voor de wandelaar te verbeteren zijn er op meerdere plaatsen uitkijkheuvels gemaakt of kijkschermen geplaatst. Ik heb een paar keer gekeken, maar kan niet zeggen dat ze veel toevoegen. Vlakbij een groot gebouw van Staatsbosbeheer heeft Saak ons busje neergezet en omdat ik er langs kom, eten we er samen ons broodje. Maar omdat ik nog niet aan mijn voorgenomen kilometers zit, ga ik weer vlug in de benen om de laatste 4 kilometer door en langs het Bargerveen af te leggen.
Ik kan niet anders zeggen dan dat het een prachtige tocht is door een uniek veengebied en zelfs de grensweg, die bijna straalrecht de grens tussen Nederland en Duitsland markeert is door de rust die er heerst de moeite waard. (Het is een breed zandpad met een betonnen fietspad ernaast.) Loop ik eerst op dit pad nog in Duitsland, na een oude grenspaal loop ik weer in Nederland. De grenseg maakt hier een heel klein slingertje, maar genoeg om van het ene land in het andere te komen. Ik durf wel te bekennen dat ik er niets van heb gemerkt. Even later zie ik in de verte een zwart stipje aan de kant van de weg. Mijn vermoeden dat Saak daar zit, blijkt juist. Alleen zie ik nergens het rood van ons busje. Die blijkt honderd meter verder op Duits grondgebied te staan. Ze heeft er een ommelandse reis door Duitsland voor moeten maken om dicht bij de Grensweg te kunnen komen. Maar het is gelukt. En ach afstanden zijn maar betrekkelijk, want vijf kwartier later zijn we al weer thuis in Oldeberkoop.